Regelvraag 52
Tijdens een ronde slaat één van de spelers op hole 13 de bal in de achterwand van de gele hindernis die overdwars loopt. De bal is halverwege de wand duidelijk ingebed. In de veronderstelling dat zij met toepassing van regel 16.3 haar ingebedde bal mag droppen, dropt zij de bal zonder een strafslag te tellen aan de overzijde van de hindernis. Mag dit?
Nee, natuurlijk mag dat niet. Om te beginnen mag je een bal niet dichter bij de hole droppen en bovendien mag een ingebedde bal alleen gedropt worden indien deze zich in het algemene gebied bevindt.
De grenzen van de hindernis lopen loodrecht naar boven en deze bal bevond zich dus in de hindernis.
Speelster had een bal, met één strafslag, vóór de hindernis moeten droppen of moeten slaan vanaf de plek van waaraf eerst gespeeld werd.
In dit geval heeft de speelster
a. gedropt zonder straf waar dit niet mocht volgens de regels.
b. bovendien op een verkeerde plaats gedropt, namelijk dichter bij de hole, en dat mag zeker niet.
Speelster heeft van de verkeerde plaats gespeeld en had hiervoor met toepassing van regel 14.b de algemene straf, twee strafslagen moeten krijgen. In geval van een ernstige overtreding, speelster heeft beduidend voordeel bij het spelen van de verkeerde plaats, zou de fout hersteld moeten worden, wat gemeld dient te worden aan de wedstrijdcommissie. Regel 14 geeft hiervoor duidelijke instructies.
In het huidige geval had het niet herstellen van de fout waarschijnlijk tot diskwalificatie moeten leiden.
In dit verband is het misschien ook leuk om Regelvraag 2 en 42 nog even na te lezen.
Alle Regelvragen zijn op onze clubwebsite te vinden onder het kopje “Nieuws” en dan categorie “Regelvragen”.
Hole 13 met (praktisch) in het midden de gele hindernis die de hole doormidden klieft